Bewegen

Ik beweeg veel te weinig. Er zijn normen die gerelateerd aan leeftijd en degelijke min of meer voorschrijven hoeveel je per dag, per week, zou moeten bewegen om het lijf en daarmee de geest nog enigszins gaande te houden. Ik weet niet wie die normen heeft opgesteld, maar dat is vast iemand, als het geen commissie of college is, die niet door enige lichamelijke hinder beperkt wordt. Ik haal die normen van geen kanten. En ik merk dat dat weerslag heeft op mijn lichamelijk functioneren. Natuurlijk troost ik me met mijn watergymnastiek halfuurtje twee keer in de week,maar ik weet ook wel dat dat bij lange na niet genoeg is om maar een beetje bij de gestelde normen voor een 71-jarige (bijna 72) in de buurt te komen. Ik zou dus meer, veel meer moeten bewegen. Lopen is mij zo goed als niet meer gegeven en zeker pijnloos lopen is een steeds meer vervagende herinnering. Wat ik nog wel heel goed kan is zitten. Ik ben werkelijk een meester in het zitten. Geweldig zoals ik achter het toetsenbord van mijn laptop zitten, maar nog beter gaat mij het zitten in mijn luie stoel af en dan weg mijmeren, het hoofd leeg maken en me een beetje vervelen. Iets wat ik ook heel goed kan. Zitten en niets doen, dat heb ik tot een kunst verheven. Soms overtuig ik me er bijna van dat zitten en vervelen de zin van het bestaan is. Of beter nog dan vervelen is denken over tijd en ruimte en wat er voorbij de grenzen daarvan zou kunnen zijn. Alhoewel dat denken en vervelen zich als uitersten toch weer raken.
De laatste tijd hoor ik steeds vaker dat zitten het nieuwe roken is. Je kunt je niet alleen dood roken maar dus ook dood zitten. Ik heb nooit gerookt en je kunt maar een dood sterven.
In mijn werkkamer staat al een te lang niet meer gebruikte hometrainer. Het dreigt meer een ornament dan een trainingsapparaat te worden. Gisteren vond ik ook al dat ik te weinig bewoog en sloot de fietscomputer weer op de elektriciteit aan. Ik trapte voorzichtjes aan een tijdje. Voelde goed aan mijn benen dat ze deze beweging lang niet gewend waren. Vandaag weer een stukje. Zitten is nog steeds mijn hoofdbezigheid. Ik zit en verveel, ik zit en denk en nu ook weer ik zit en trap. Ik parafraseer de oude filosoof: ik zit dus ik ben.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *