Hemel

Ik weet niet of er een hemel is. Net zo min of er een hel is. Ik ben een agnost. Als er geen hemel of hel is, prima. En blijken ze er wel te zijn even prima. Er is nog nooit iemand die terugkomen is om te vertellen dat hij er daar warmpjes bijzat of die blij was dat hij van het eeuwig halleluja zingen verlost was. Tot gisteravond. Want met mij zagen 1.957.000 Nederlanders de terugkeer van Opoe Withof  op aarde. In de vorige serie van “’t Schaep met de vijf poten” was Opoe in Spanje gestorven. Einde van haar carrière. Maar gelukkig bleek in de grote hemelboekhouding haar naam niet voor te komen. Niet onder de W van Withof, niet onder de O van Opoe. Opoe moest terug naar aarde. De grote hemelpoortbewaker stuurde haar weer het wankele laddertje naar beneden af. De hemel zag er trouwens uit als in een Philadelphia-smeerkaasreclame. Veel wit en ijl gezang. Het was nu niet direct zo dat ik onmiddellijk ging geloven in een hiernamaals, zelfs niet tegen beter weten in. En mocht de hemel wel bestaan, dan vraag ik mij in gemoede af of André van Duin dan de sleutelbewaarder is. Als ik toch iets moet geloven, dan maar in Petrus.
Geloven blijft en lastige zaak. Op mijn dagkalendertje staat vandaag een spreuk van Schiller: “Alles wankelt, waar geloof ontbreekt.” Dan laat het maar een beetje wankelen in plaats van een zekerheid die op geloof is gebouwd. Een paar dagen geleden keek ik met Gade naar een film over de diepzee. Die vreemdste creaturen zwemmen daar rond. Hoe dat allemaal zo gegroeid is? Ik zou het niet weten, maar ik kan me niet voorstellen en nog minder geloven dat een god elke visje op een tekentafel heeft bedacht en toen geschapen heeft. En dan ook nog alle virussen en bacteriën bedenken en maken en als kroon op het werk de mens. Een kroon van klatergoud. Hoe het dan wel allemaal zo gekomen is? Misschien verklapt Opoe Withof dat ons nog in een van de volgende afleveringen van ’t Schaep.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *