Dodenakker

Als ik vertrek, drukt Gade mij op het hart goed op haar snoeischaartje te letten. Dat ik het niet kwijtraak, want het is een heel prettig in de hand liggend schaartje. En zij kan het weten, want Gade heeft groene vingers en tovert onze tuin steeds weer om in  een bloemrijke oase. Ik ben op weg naar de begraafplaats waar wij vlakbij wonen. Ik zal daar een fiks aantal leden van de mannenclub waar ik lid van ben, treffen. Die club, ik schreef er vaker over, komt geregeld bij elkaar en heeft het dan over de maatschappelijke projecten die wij zouden moeten doen. Daar kunnen wij heel lang, gedegen en onsamenhangend over praten. Tientallen ideeën passeren de revue, worden omarmd en dan toch weer afgewezen. Het wereldwijde motto van onze club is “We Serve”. En deze zaterdag wordt dat zo waar weer eens gerealiseerd. Wij hebben ons ingeschreven voor een NLdoet-project. ‘Tuinieren op de begraafplaats’, zo heeft de beheersstichting het project aangemeld. Het is een heel oude stadsbegraafplaats, maar nog steeds in gebruik. In de verre uithoeken zijn heel veel graven door klimop overwoekerd en die klimop gaan we met zijn allen te lijf. Onze club is meestal niet vies van een wrange grap, maar deze omgeving werkt weinig inspirerend. In het begin wordt er zelfs bijna zwijgend  gewerkt. Maar misschien is het ook wel gewoon nog te koud. Ik verwijder van  het graf van Jan van Hoof, een Nijmeegse verzetsheld,  een enkel takje klimop. Later storten wij ons met meer mensen op totaal overwoekerde graven. Het is een nauwkeurig werkje, want soms wordt een grafmonument overeind gehouden door de klimop die er welig op tiert. Als die verwijderd is, wankelt het monument. Goedkope metafoor: als wat ons bindt verwijderd wordt, wankelen we. Vlijtig zijn we bezig de dodenakker een schoner aangezicht te geven. We realiseren ook dat het onbegonnen werk is, want als we weg zijn zal de klimop weer direct gaan groeien. Nog een metafoor: de nutteloosheid van het bestaan. Ja, een kerkhof inspireert tot voor de hand liggende gedachten.
In de pauze drinken we in een aanpalende gelegenheid koffie. Met appeltaart.  We kijken elkaar tevreden aan. We serve, en nu eens een keer niet in het net!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *