Noodbrug

Wat kan een mens zich toch druk maken om niks. Huizenhoog, wat zeg ik  torenhoog keek ik op tegen het bezoek dat ik aan mijn tandarts ging brengen. Op het programma stond het plaatsen van een brug. Een noodbrug voorlopig. Onderdeel van die plaatsing was ook de min of meer noodzakelijke verwijdering van een overbodig geworden kiesje. Ik matig mij in dit soort gevallen geen enkel oordeel aan, maar schik mij zeer gedwee naar de bevindingen van de arts, die daarvoor toch doorgeleerd heeft en naar ik aanneem ook nog terdege is bijgeschoold. Wat mij het meest afschrikte was de noodzakelijke verdoving. Gade vindt dat maar onzin. Zij laat zich voor elke tandheelkundige behandeling verdoven. Ik niet. Ik heb de meest wilde en pijnlijke fantasieën van grove injectienaalden die zich tergend langzaam een weg zoeken in mijn kaakbot en daar hun verdovend vocht uitstorten.
De tandarts vraagt of ik erg tegen de behandeling op zie. Ik deel haar mee dat ik mij aangenamer zaken kan voorstellen. Ik neem plaats in de stoel die in een horizontale stand wordt gemanoeuvreerd. De assistente knikt mij bemoedigend toe. En dan gaat het gebeuren. Het vreselijke lot is niet meer te ontlopen. De tandarts buigt zich over mij heen. Ik voel dat zij in mijn mond bezig is, maar pijn en splijtend kaakbot, niets daarvan. Voor ik het weet vertelt ze dat de verdoving zit. Ik heb geen pijntje, geen prikje gevoeld. Ik moet het schrikbeeld 180° bijstellen.
Dan begint het grote restauratiewerk. Wat een herrie! Kiezen worden bijgeslepen en zo gevormd dat ze hechte pijlers kunnen vormen voor de te plaatsen brug, noodbrug. Onder mijn schedeldak resoneert het geluid van de boor. Het lijkt of ik mij in een ondergrondse mijn bevind waar tientallen mijnwerkers bezig zijn het zwarte goud naar boven te halen. Als dat naar behoren is gebeurd mag ik in een zachte substantie happen en wordt de noodbrug gemodelleerd en geplaatst. Noodbruggen worden maar in een kleur gemaakt, die detoneert met de rest van mijn tanden. Vanaf mijn rechter boven hoektand naar achter heb ik een stralend witte brug, noodbrug, tanden een filmster gelijk.
“Nog even voorzichtig met kauwen en harde dingen bijten. En viel het mee?”
“Ja, het viel geweldig mee. Dank je wel.”

Eén reactie op Noodbrug

  1. Rein Verdijk schreef:

    Jan, een mens lijdt het meest door het lijden dat hij vreest, maar nooit op komt dagen. Zo lijdt hij meer dan God hem te dragen geeft…!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *