Wesp-2

Op mijn blog van gisteren krijg ik van een van mijn vaste lezeressen een commentaar. Zij schrijft: “Zoek de Wespenvriend eens op. Op Twitter of Facebook. Je gaat anders tegen wespen aankijken!” Ik volg haar advies op en op de betreffende pagina lees ik dat al min vooroordelen tegen de wesp te ontzenuwen zijn. Wespen zouden helemaal niet nutteloos, agressief, nee zelfs niet lastig zijn en verdelgen is wel de slechtste dienst die je de natuur kunt bewijzen, vertelt mij De Wespenvriend. Ik geloof graag dat ze van nut kunnen zijn en dat ik met verdelgen een noodzakelijke wespenstand niet vooruit help. Ook lees ik daar dat van de verschillende wespensoorten er maar een, maar dat is dan ook de meest talrijke, het de mens lastig maakt. Zelfs de in mijn ogen angstwekkende hoornaar wordt als een vredelievend en nauwelijks agressief beestje voorgesteld. Ik ken andere verhalen.
Van de last van de ‘limonadewesp’ ben ik zo min mogelijk gediend. Op een zomerse dag zal ik niet op wespenjacht gaan, maar ze mee laten genieten van het restantje van een in de openlucht genoten maaltijd. Maar een wespennest direct boven mijn slaapkamerraam, daar ben ik niet van gediend. Ik slaap graag met het raam open en zit niet te wachten op een invasie, nee, zelfs niet op één wesp die mijn rust komt verstoren.
Vanochtend op de afgesproken tijd staat de wespenverdelger voor mijn deur. Ik voel mij toch, dat heeft De Wespenvriend wel bereikt, een beetje als de crimineel die een professionele huurmoordenaar heeft ingeschakeld om een klusje te klaren. Als die heeft vastgesteld waar de ingang van het nest is hult hij zich in een anti-wespensteekpak. Het lijkt wel of dat mijn wespen alleen maar agressiever maakt en massaal bestoken en steken ze de in het wit gehulde verdelger. Ik kijk op een afstandje toe, tot drie wespen mij ontdekt lijken te hebben en luid zoemend om mij heen vliegen. Ik trek mij terug.
Na de operatie biedt ik de verdelger een kopje koffie aan. En zelfs op dat moment komen er nog drie wespen wat suffig vanuit zijn kleren te voorschijn. Ik zet de keukendeur open. Met de dood op hun vleugels, want het gif is aan het werk, vliegen ze naar buiten.
De verdelger hoopt dat hij voorlopig, ondanks de garantie, niet hoeft terug te komen.
Einde.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *