Zij/Hij-2

Tweede deel van een column, uitgesproken bij de opening van de Maand van de Geschiedenis.
Nee, laat ik even de thematiek zij/hij op veel kleinere schaal aanpakken. Dicht bij huis, weg van het Malieveld of de Grote Markt. Hoe ga ik in het daagse leven om met dat eeuwenoude en ook minstens nog even zo lang durende onderscheid? Een sterk autobiografisch verhaal, nou ja, verhaaltje.
Ik heb een kat. Altijd heb ik een kat gehad. Een Gijs, een Bobbie, een Vivi, weer een Gijs, een Thomas en nu een Harrie. Een leven lang in kattennamen. De voorlaatste kat, Thomas is heel oud geworden. Hij heette eigenlijk Thomas, Oscar, Maria. Thomas omdat hij ongelooflijk mooi was, Oscar naar Oscar Wilde, posing as a somdomite, maar dat is een ander verhaal en Maria omdat hij katholiek was. Maar zelfs zijn geloof heeft hem niet gered. Thomas ging dood en eerlijk gezegd hebben wij hem daar een beetje bij geholpen. Wij op zoek naar een nieuwe kat, want ik en mijn echtgenote vinden een kat bij ons horen.  Wij hadden ons nog geen voorstelling gemaakt wat voor een kat wij wilden. Kater of poes, maakte ons niet uit. Lapjes-, schildpad, wit of zwart, maakte evenmin iets uit. Wat we al wel wisten was hoe hij of zij ging heten. HARRIE. En we liepen tegen het mooiste zwarte katje met heel raadselachtige geel/groene ogen ter wereld aan. De mevrouw van het asiel zei dat dat eigenlijk niet kon, die naam. Haar voorstel om haar Henriette te noemen veegden wij zonder enige discussie van tafel. Onze nieuwe kat ging Harrie heten en is nu uitgegroeid tot het liefste en meest aanhankelijke katje dat ik ooit heb gehad. Maar nu nog steeds spreken mij mensen aan dat een vrouwtjeskat geen Harrie kan heten. Dat kan toch echt niet! Harrie zelf is het beste bewijs dat dat wel kan. Harrie is de geslachten voorbij. Zij is er aan gewend dat ik het toch vaak over hem in plaats van haar heb. Ik doe dat uit aangeboren luiheid, maar ik weet dat Harrie inmiddels fier op haar naam is. Misschien komt het ook wel omdat ze soms een beetje meer en soms een beetje minder Harrie is. Ach, wie heeft dat niet? Zij/hij, wie voelt dat nou niet van tijd tot tijd. Hij/zij van mij mag het allebei.