Bellezza

We zijn al een hele tijd niet naar de bioscoop geweest. Bijna een ouderwets woord: bioscoop. Hoort bij oude zalen en pompeuze  namen: Carolus, en van vroeger nog Asta, Corso, Scala en Luxor. Verdwenen bioscopen. De bioscoop waar we nu naar toegaan en dat al jaren en met veel plezier is Lux of ook wel het Filmhuis genaamd. Daar past het woord bioscoop nauwelijks nog bij. Minstens een generatieverschil.
We kiezen voor ‘La grande bellezza’. We kiezen het op de beschrijvingen op de website van het filmtheater. Hebben verder geen recensie of zo gelezen. Voor de film gaan we ook nog een hapje eten. Dat is ook het bijzonder van Lux. In Asta en al die andere romantische namen kun je wel een kopje koffie krijgen en een Mars en later ook popcorn, maar echt eten was er niet bij. Bij Lux wel. Als we binnenkomen lopen we langs een tafeltje waar een bekende zit. Naar welke film we gaan? “La grande bellezza”, antwoorden we naar waarheid. Zijn gezicht betrekt: “Geen flikker aan, een kutfilm!” Onze onbevangenheid krijgt een fikse deuk. Hij verklaart zijn oordeel verder niet. We moeten het zelf maar zien. We laten in ieder geval ons eten er niet door bederven . De pasta (Gade) en de eendenborst (ik) smaken voortreffelijk en de bediening is als altijd charmant en het aanzien waard.
Het is tijd voor de film. Ik hoor Gade naast mij af en toen ingehouden maar toch duidelijk gapen. De film is niet helemaal aan ons besteed. Ik mis een identificatiefiguur. We zitten de hele aftiteling uit. Iedere functie krijgt een naam. De mooiste functie die langs komt is ‘capo truccatore’. Lijkt me wel wat, trucjesbaas. Maar dat is een te vrije vertaling. Blijkt hoofd make-up te zijn.
Op de rij voor ons zit een oud-collega. Zij is dolenthousiast over de film. Heeft genoten. Wij ook, maar dan van het eten en daarvoor ga je toch niet alleen naar het theater. De grote schoonheid van ‘La grande bellezza’ ging aan Gade en mij voorbij.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *