Doelgroep

Het is fijn ergens bij te horen. Het kluizenaarsbestaan trekt mij van geen kanten. Het gezelschap hoeft niet altijd groot te zijn. In een Frans dorpje hou ik het met gemak met mijn gade drie weken of langer uit, zonder dat we gasten krijgen. Dan hebben we aan elkaar genoeg. Maar doorgaans vind ik het een geruststellend gevoel ergens bij te horen. Als ik Robinson Crusoë geweest was had ik naast Vrijdag ook de rest van de week er nog wel bij willen hebben. Destijds bij sociale filosofie leerden we van prof.Kwant dat een mens pas mens werd in de ontmoeting en later las ik bij prof. Terruwe over de bevestiging, die mensen op de been houdt. Het is dus goed ergens bij te horen. Maar soms is het ook fijn ergens niet bij te horen. Neem nou de 1 ½ miljoen stemmers waarmee een politieke partij steeds koketteert. Daar hoef ik niet bij te horen, al werd ik er voor betaald.
Een paar weken geleden kreeg ik een vriendelijk briefkaartje van mijn huisarts. Of ik op 2/11/10 tussen  half 2 en 3 uur langs wilde komen voor een griepprik. Ik behoorde bij de doelgroep. Al een fiks aantal jaren overigens. Maar mijn huisarts bevestigde dus dat ik ergens bij hoorde en dat dit bevestigd zou worden door de jaarlijkse griepprik. Een soort ‘rite de confermation’, een bevestigingsritueel. Nadere studie leerde mij dat er nog al wat doelgroepen zijn die in aanmerking komen voor deze griepprik: Mensen van 60 jaar en ouder; hartpatiënten; longpatiënten; diabetici; nierpatiënten; mensen met weinig weerstand; kinderen onder de 18 die langdurig salicylaten gebruiken en verstandelijk gehandicapten die in en instelling verblijven. 8 groepen en ik val onder maar liefst 3 ervan. Ik hoor echt ergens bij. Drie groepen. En ik kreeg toch maar 1 prikje.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *